Zo af en toe komt het voor dat er een besmuikt gelach opstijgt als ik aanschuif bij een vergadering op de uitgeverij. Niet om mijn persoon, uitstraling of gezag; nee, omdat ik dan steevast een kladblok en een pen tevoorschijn haal, vaak zelfs een vulpen. Ik ben van de generatie die nog geschreven notities maakt. Vooral bij mijn jongere collega's leidt dit tot hilariteit. Zij vinden schrijven niet meer van deze tijd; de combinatie pen en papier wekt hun onweerstaanbare lachlust op. Zelf zijn zij opgegroeid met laptops en tablets, schrijven zien zij als iets gedateerds, even oud en achterhaald als de fax, typemachine en de huistelefoon.
Als ik mijn pen uit zijn hoesje haal, trekt er daarom ook altijd een blik van glazige verwondering over hun gezicht, alsof zij getuige zijn van een historische gebeurtenis, een moment terug in de tijd, een jaren vijftig filmpje dat zich reallife voor hun ogen afspeelt. Ik ben me dan bewust van de grote leeftijdsgap tussen ons. Zij, kinderen van het digitale tijdperk, die naar mij kijken als een man uit de vorige eeuw, een artefact uit het analoge verleden. Iemand die zich in het nu voortbeweegt met de instrumenten van vroeger.
Meestal negeer ik hun lachjes, soms kan ik het niet laten om iets te vertellen over het nut van het schrijven met de pen, waarbij ik de voordelen opsom en hun automatische dedain voor ‘vroeger’ probeer te relativeren. Je onthoudt beter wat je geschreven hebt, je kunt beter nadenken als je zelf schrijft, leg ik dan uit, echt waar! Zinloze betoogjes. Ja ja, knikken de jonge medewerkers vaag. Mijn brugmaniaanse pleidooi stuit tegen een muur van milde afwijzing. Ze kunnen er niets aan doen: hun geloof in de verworvenheden van het heden is zo sterk, dat alles van vóór de computer automatisch iets deerniswekkends heeft. Digitalisering heeft zijn streep door geschiedenis getrokken: je hebt ervoor en erna. Wie er niet aan mee doet loopt achter, of is hooguit een vermakelijk curiosum.
Uit onverdachte hoek is er gelukkig hulp komen aansnellen, in de persoon van de bekende hoogleraar neuropsychologie Erik Scherder. Hij kwam afgelopen week met een opzienbarend advies voor het onderwijs. Scherder houdt wel van een statement, dus hij zette hoog in: verban de laptop en de tablet en voer het kladblok en de pen weer in.
Bloedjenieuw is zijn argumentatie niet, maar aan relevantie boet het niks in. Scherder maakt zich druk om de ontwikkeling van het jonge brein. Dat wordt in het digitale tijdperk te veel in de watten gelegd, vindt hij. Visueel beeld verdringt het lezen. En de smartphone en tablet verdringen het schrijven. Het brein hoeft steeds minder te doen, het went aan luiheid en wordt te weinig geprikkeld.
En die broodnodige prikkeling moet terug. Breinen moeten groeien en niet worden geknot door comfort. Dat is niet alleen beter voor jonge mensen, maar ook voor de maatschappij in zijn geheel. Als jonge mensen de toekomst vormen, moeten zij er ook klaar voor zijn. En dus is het goed om weer voor meer challenge te zorgen. Juist wanneer het brein zich ontwikkelt, is constante uitdaging nodig. Maximale uitdaging ook, als het aan Scherder ligt. Daarom is lezen zo belangrijk. Maar schrijven ook. En dus stelt hij de toenemende trend om in het onderwijs alles digitaal te laten plaatsvinden stevig ter discussie .
Schrijven, zo legt Scherder uit, vraagt veel meer inspanning van het brein dan typen. Je moet letters maken en kiezen, ruimtes tussen woorden bepalen, kijken waar de regel ophoudt, spaties tussen woorden inschatten. Je bent niet alleen verbaal bezig, maar ook met ruimtelijke ordening en met je fijne motoriek. Bij typen neemt Word dat allemaal van je over, inclusief de spellingscontrole. Comfortabel, maar het maakt je hersens lui. Doordat je bij schrijven meer inspanning moet plegen en er meer hersendelen samen moeten werken ontstaan er meer zenuwbanen en dat is belangrijk voor de ontwikkeling van het individuele brein. En je doet het niet alleen voor de toekomst: door die multidisciplinaire activiteit ben je als schrijver ook veel meer bezig met de inhoud. Geschreven tekst onthoud je beter. Onderzoek toont aan: kinderen die schrijven blijken hun teksten beter te kunnen onthouden dan wanneer ze die optikken.
Terug naar het schrijfblok dus, is het appél van Scherder. Niet alleen in het basisonderwijs, maar ook op de universiteit - méér vuurwerk in de breinen van onze jongeren.
Of zijn waardevolle en sympathieke pleidooi het gaat halen weet ik niet, maar ik heb de schrijfblokken voor onze uitgeverij in elk geval alvast besteld.